The word of 10 March 2012 was:
onuitstaanbaar
on·uit·staan·baar (bijvoeglijk naamwoord)
= insufferable, unbearable, unbearably annoying
on- = un-
uitstaan = to endure, to stand
-baar = -able
"Sinds het begin van de jaren tachtig is Mick Jagger onuitstaanbaar. Vroeger hield ik van hem, maar het is twintig jaar geleden dat ik in zijn kleedkamer ben geweest." – Keith Richards (citaat), in: Dagblad van het Noorden (2010)
"Op school was ik onuitstaanbaar, er waren maar een paar leraren die ik respecteerde en waar ik me aan de regels kon houden." – in: De Telegraaf