The word of 2 June 2025 was:
ontdaan
ont·daan (bijvoeglijk naamwoord)
= disconcerted, upset
zich ontdoen = to dispose, to free, to (get) rid
"Hij was ontdaan van de ramp en klonk, nog altijd, vol ongeloof." – in: NU.nl (2024)
"De rechter richt zich na zijn uitspraak tot een zichtbaar ontdane [Maria] Olde Heuvel." – Marit Willemsen, in: NRC Handelsblad (2022)