The word of 27 February 2025 was:
hondenbrok
(de) hon·den·brok (zelfstandig naamwoord)
= chunk of dog food
hond = dog
brok = chunk
"Ze krijgt een grote blauwe vuilniszak met hondenbrokken mee." – Ingrid Woudwijk, in: Trouw (2024)
"De hondenbrok is ontworpen om bij te dragen aan een sterk en gezond lichaam voor je hond." – Pim, in: Consumentenbond (2024)