The word of 29 November 2024 was:
overprikkelen
o·ver·prik·ke·len (overprikkelde, overprikkeld) (werkwoord)
= to overstimulate
over- = over-
prikkelen = to stimulate, to prick
"Want iedereen is toch wel eens overprikkeld?" – Jam van der Aa, in: Hard//hoofd (2024)
"U vertelde niet hoe u uw zoon hierin begeleidt, maar het lijkt erop dat hij hulp nodig heeft om zichzelf wat minder te overprikkelen." – Annelou de Vries, in: Ouders.nl (2006)