The word of 1 January 2024 was:
besparen
be·spa·ren (bespaarde, bespaard) (werkwoord)
= to save, to spare, to economize
sparen = to save (money)
"Het is belangrijk dat de patiënt de keuze voor persoonlijk contact houdt. Maar alles digitaal doen wat digitaal kan, bespaart tijd die we hard nodig hebben." – Georgette Fijneman (citaat), in: NRC Handelsblad (2022)
"Ik snap dat de overheid kosten moet besparen. Maar nu wordt gesaneerd op de meest kwetsbare ouderen. Dat is echt onmenselijk." – Kim van Keken, in: De Groene Amsterdammer (2016)