The word of 29 March 2022 was:
bevestiging
(de) be·ves·ti·ging (zelfstandig naamwoord)
= fastening, fixation, attachment
= confirmation, affirmation
bevestigen = to fix, to attach, to confirm, to affirm
"De camera heeft gelukkig een stevige bevestiging." – in: NU.nl (2022)
"Gisterochtend melden bronnen in de regering al dat hij was overleden, maar de officiële bevestiging bleef uit." – in: NOS.nl (2012)
"Mark [Rutte] keek me aan alsof hij bevestiging zocht." – Lucien de Bock, in: HP/De Tijd (2019)