The word of 14 September 2021 was:
bezatten
(zich) be·zat·ten (bezatte, bezat) (werkwoord)
= to get drunk
zat = drunk
The word 'bezatten' is a reflexive verb.
"Later in het café bezatte ik mij om een beetje ontspannen te raken." – Marga ter Veldhuis (citaat), in: Trouw (2007)
"Terwijl een stel jonge ouders zich bij vrienden aan het bezatten was, ging hun huis in vlammen op." – Frank Kuin, in: NRC Handelsblad (1997)