The word of 18 December 2010 was:
verpesten
ver·pes·ten (verpestte, verpest) (werkwoord)
= to mess up, to spoil, to ruin
ver- = for-
pesten = to bully, to tease, to nag
pest = plague, pestilence
"Waarom windt vrijwel niemand zich op over vervuilende auto's die het straatbeeld verpesten en levensgevaarlijk zijn, en keren de meeste mensen zich wel tegen onschuldige vrijpartijen van homo's en hetero's in verborgen hoekjes van de openbare ruimte?" – Gert Hekma, in: Blind (2007)
"Moslims zijn eigenlijk net gewone mensen met gewone dromen en wensen. Deze bevindingen maken het boek voorspelbaar braaf: niets is anders dan bij andere religieuze wereldburgers. Alleen, er is een kleine groep extremisten die het nu zo voor iedereen heeft verpest." – Margreet Fogteloo, in: De Groene Amsterdammer (2008)