The word of 22 December 2020 was:
gespierd
ge·spierd (bijvoeglijk naamwoord)
= muscular
spier = muscle
"Hij was aardig gespierd voor een wielrenner." – Jeroen Wielaert, in: NOS.nl (2015)
"Tot gespierde campagnetaal liet bondskanselier Gerhard Schröder zich maandag niet verleiden." – Sander van Walsum, in: de Volkskrant (2005)