The word of 22 November 2020 was:
ruimen
rui·men (ruimde, geruimd) (werkwoord)
= to empty, to clear out, to clear away, to vacate
= to cull (of farm animals)
ruim = wide, spacious
"Ik hoop niet dat beheerders in de toekomst graven verplaatsen of ruimen zonder de nabestaanden in te lichten." – J. Verkuyl (citaat), in: Trouw (2002)
"Nu dertien nertsenfokkerijen worden geruimd omdat er coronabesmettingen zijn geconstateerd, is de vraag of zij volgend jaar hun bedrijf gewoon weer kunnen opstarten." – in: NOS.nl (2020)