The word of 25 July 2020 was:
troeteldier
(het) troe·tel·dier (zelfstandig naamwoord)
= stuffed/cuddly/soft toy, favorite animal, pet
vertroetelen = to coddle, to pamper
dier = animal
"Het konijn is volgens het bedrijf een zeer populair huisdier aan het worden. In ons land worden er al 750.000 als troeteldier gehouden." – in: NU.nl (2008)
"Lama's staan ook op de lijst van verboden troeteldieren." – Koos Dijksterhuis, in: Trouw (2012)