The word of 30 May 2020 was:
overschrijden
o·ver·schrij·den (overschreed, overschreden) (werkwoord)
= to cross, to exceed, to overstep, to transgress
over = over
schrijden = to stride
"De organisatie kreeg even na elf uur een officiële waarschuwing omdat de geluidsnormen overschreden werden." – Atze de Vrieze, in: 3voor12 (2016)
"Mensen zijn altijd geneigd de grenzen van wat denkbaar is te overschrijden en daarmee hun leefwereld te vernietigen." – Laurens Ham, in: De Groene Amsterdammer (2015)