The word of 29 January 2020 was:
schade aanrichten
scha·de aan·rich·ten (uitdrukking)
= to cause/do damage
schade = damage, loss, harm
aanrichten = to cause, to bring about
"De storm die vandaag over Nederland trok, heeft voor miljoenen euro's schade aangericht." – Anouk Eigenraam, in: NRC Handelsblad (2013)
"Ieder ambitieus mens richt schade aan, want ambitie maakt je blind voor de gevoelens van anderen." – Eric Smit, in: HP/De Tijd (2010)