The word of 25 January 2020 was:
bezichtiging
(de) be·zich·ti·ging (zelfstandig naamwoord)
= view(ing), inspection, visit
zicht = sight
"Bij bezichtigingen laat je mensen je huis van boven tot onder zien en ook de eventuele tuin en bijgebouwen." – in: HuisPortaal.nl (2018)
"Na de bezichtiging van het fort en de onderaardse gangen, maakte de hoge gast onder begeleiding van officieren van het garnizoen te paard een rondgang langs de vestingwerken." – Jef Leunissen, in: Minnerij, misdaad en magie (1978/2013)