The word of 21 October 2019 was:
ritssluiting
(de) rits·slui·ting (zelfstandig naamwoord)
= zipper, zip-fastener
rits = zip(per)
sluiting = fastening
Read more about zippers on Wikipedia: link
"De jurk heeft een top van decoratief kant met een onzichtbare ritssluiting op de rug." – Anne Buis, in: Fashion United (2016)
"Ik ben linkshandig. Ik vind dat ritssluitingen voor rechtshandigen gemaakt zijn want al mijn ritsen gaan als eerste kapot bij mijn kleding." – Richard Bleeker (citaat), in: de Volkskrant (2013)