The word of 6 September 2019 was:
morsig
mor·sig (bijvoeglijk naamwoord)
= dirty, messy, smudgy
morsen = to mess, to spill
"De vieze man was zelf niet alleen morsig en shabby. Maar hij praatte ook op een dusdanige manier dat zijn gesprekspartners zich ook vies en ongemakkelijk gingen voelen." – Ton den Boon (citaat), in: De Telegraaf (2019)
"De diplomaat wil met zijn actie aandacht vestigen op de vaak morsige route die goud heeft afgelegd voordat het als sieraad ligt te blinken in de juweliersetalages." – Jonathan Witteman, in: de Volkskrant (2013)