The word of 8 July 2019 was:
tegenligger
(de) te·gen·lig·ger (zelfstandig naamwoord)
= oncoming/approaching vehicle
tegen = (up) against
liggen = to lie
"Op drie wielen reed hij verder en haalde nog een snelheid van 100 kilometer per uur. Hierbij ging hij zigzaggend over de weg waardoor zijn tegenliggers zich gedwongen zagen om de stoep op te rijden of de berm in te vluchten." – in: De Telegraaf (2018)
"Elke keer passeert ze een andere fietser, een totale vreemde. En iedere keer laat ze welluidend haar fietsbel klinken. Niet om te kunnen passeren maar om de tegenligger te begroeten. De tegenligger beantwoordt haar steevast met hetzelfde ritueel." – Yorgos Dalman, in: Passionate (2001/2007)