The word of 4 October 2010 was:
afpeigeren
af·pei·ge·ren (peigerde af, afgepeigerd) (werkwoord)
= to wear out, to work to the bone
The word 'peiger' is Yiddish for 'dead'.
"Ik ben behoorlijk afgepeigerd na deze dagen, maar duik 's avonds toch de sportschool in." – Peter R. de Vries, in: NRC Handelsblad (2008)
"Waarom moet ik mezelf zo afpeigeren? Want feit is dat het verrekte moeilijk gaat allemaal. Het is zo'n afschuwelijke combinatie: studeren, gezin, werken, sociaal leven. Het is op elk gebied inleveren en dat laat z'n sporen na. Niet genoeg tijd voor de studie, niet genoeg tijd voor het gezin, niet genoeg tijd voor het sociale leven." – Esther ten Caat, in: Weblog van de Hoekstra/ten Caatjes! (2010)