The word of 27 May 2019 was:
versnapering
(de) ver·sna·pe·ring (zelfstandig naamwoord)
= refreshment, snack
"Door daar drinken en kleine versnaperingen te verkopen, hopen we geld te kunnen verdienen. Dat is voor ons cruciaal om te kunnen voortbestaan." – André Blaauwgeers (citaat), in: Dagblad van het Noorden (2015)
"Er is niets tegen voor de tweede maal dezelfde versnapering aan te bieden of bij weigeren iets anders, maar als de gast bedankt dringe men niet verder aan tenzij het een heel jonge verlegen gast betreft, die zoo heel klaarblijkelijk nog eens graag zou toetasten!" – Amy Groskamp-Ten Have, in: Hoe hoort het eigenlijk? (1939)