The word of 20 May 2019 was:
krabbelen
krab·be·len (krabbelde, gekrabbeld) (werkwoord)
= to scratch
= to scramble
= to scrawl
"De Nederlandse cafés, restaurants en hotels merkten als eersten de gevolgen van de crisis en zullen als een van de laatsten weer uit het dal krabbelen." – in: Het Parool (2010)
"In de boekenkast van mijn moeder, op een stapeltje papieren, ligt een envelop waarop in een bekend handschrift iets gekrabbeld is." – Marja Pruis, in: De Groene Amsterdammer (2011)
"Zoals wij ons soms achter het hoofd krabbelen of onze nagels gaan bijten als we zenuwachtig zijn, zo gaan katten zich vaak overdadig veel likken bij stress." – in: Dierenkliniek Kenaupark