The word of 15 April 2019 was:
zwartmaken
zwart·ma·ken (maakte zwart, zwartgemaakt) (werkwoord)
= to blacken one's character/reputation, to run down, to malign
zwart = black
maken = to make
"[Viktor Orbán] reageerde met filmpjes waarin hij zijn tegenstanders in Brussel zwartmaakte met complottheorieën over hun 'ware bedoeling': migranten binnenhalen." – René Moerland, in: NRC Handelsblad (2018)
"[Astrid Holleeder] verwacht dat haar broer haar tijdens het proces zal zwartmaken en ze vreest dat hij haar uiteindelijk laat vermoorden." – Wil Thijssen & Elsbeth Stoker, in: de Volkskrant (2018)