The word of 18 March 2019 was:
buil
(de) buil (zelfstandig naamwoord)
= bump, lump
"Geef [kinderen] de kans om een gat in de knie te vallen, of een buil op hun hoofd." – Fred Freddes, in: Het Parool (2017)
"Het verschijnen van builen is hét bewijs dat er pest en geen andere besmettelijke ziekte in het spel is." – Leo Noordegraaf & Gerrit Valk, in: De gave Gods (1996/2007)