The word of 15 March 2019 was:
opgetogen
op·ge·to·gen (bijvoeglijk naamwoord)
= upbeat, elated
"Opgetogen stap ik in de auto. Ik ben zo blij, het lijkt erop alsof ik weer ga werken!" – in: Vrouw (2018)
"Ik was enorm opgetogen na dat gesprek, maar ik besefte de impact nog niet." – Salo Muller (citaat), in: Trouw (2018)