The word of 18 September 2018 was:
overvallen
o·ver·val·len (overviel, overvallen) (werkwoord)
= to attack unexpectedly
= to take by surprise
over = over
vallen = to fall
"Er is sprake van één dader. Hij overviel de snackbar met een vuurwapen." – in: Dagblad van het Noorden (2015)
"Kunnen we alleen wel ooit echt voorbereid zijn? Of moeten we juist overvallen worden?" – Kasper van Royen, in: Hard//hoofd (2010)