The word of 30 April 2018 was:
t.z.t. (afkorting)
= in due time/course, when appropriate
t. –> te = at
z. –> zijner = his
t. –> tijd = time
"Een uitgebreidere versie van dit artikel zal t.z.t. in een boek verschijnen."
– Kees Bruin, in: De Gids (1994)
"Ikzelf, en velen met mij, zullen t.z.t. tegenstemmen en ik betwijfel of de vereiste meerderheid wordt bereikt."
– Jim Janssen van Raaij (citaat), in: NRC Handelsblad (1991)