The word of 13 March 2018 was:
overtuiging
(de) o·ver·tui·ging (zelfstandig naamwoord)
= conviction, persuation
overtuigen = to convince, to persuade
"Ik doe het uit volle overtuiging." – Astrid Holleeder (citaat), in: De Telegraaf (2018)
"Of het nu gaat om abortus, seksuele voorkeuren, euthanasie of voltooid leven, ieder moet daar volgens eigen overtuiging mee om kunnen gaan." – Clara Jas, in: Trouw (2018)