The word of 20 November 2017 was:
sudderen
sud·de·ren (sudderde, gesudderd) (werkwoord)
= to simmer
"Leg een deksel op de pan en laat het vlees op een laag vuur in ongeveer twee uur gaar sudderen." – Tineke Sluijter, in: Trouw (2004)
"Het sudderde al een tijdje, maar nu is het dan toch een feit." – Johanna Geels, in: HP/De Tijd (2014)