The word of 13 October 2017 was:
eenduidig
een·dui·dig (bijvoeglijk naamwoord)
= unambiguous
een = one
duiden = to interpret
"De teksten zijn niet eenduidig." – Mirjam de Rijcke, in: 3voor12 (2007)
"Het is namelijk veel te vroeg om al eenduidige conclusies te trekken over het terrorisme." – Don Duyns (citaat), in: Trouw (2005)