The word of 19 October 2016 was:
de mond vol hebben van
de mond vol heb·ben van (uitdrukking)
= to talk of nothing else
de = the
mond = mouth
vol = full
hebben = to have
van = of
"Veel instellingen en bedrijven hebben de mond vol van duurzaam, maar als de consument niet wil, houdt het op." – Jan Bertens (citaat), in: Algemeen Dagblad (2016)
"Want al hebben politici sinds de jaren-Lubbers de mond vol van bezuinigingen, erg goed zijn ze er niet in." – Kees Kraaijeveld, in: Vrij Nederland (2009)