The word of 23 April 2016 was:
overweldigend
o·ver·wel·di·gend (bijvoeglijk naamwoord)
= overwhelming
"Dolgelukkige voetbalfans vieren in Berlijn de overweldigende overwinning van Duitsland op Brazilië." – in: NOS (2014)
"Het aanbod is overweldigend aan het worden: te veel merken auto's, te veel merken shampoo, te veel soorten parfum, te veel toetjes, te veel van alles." – Carel Peeters, in: Vrij Nederland (2010)