The word of 21 March 2015 was:
alomtegenwoordig
al·om·te·gen·woor·dig (bijvoeglijk naamwoord)
= ubiquitous, omnipresent
al = all
om = round
alom = everywhere
tegenwoordig = present
"Alomtegenwoordig op het menu zijn enorme stukken sappig vlees. En terecht, want het Argentijnse vlees is het beste ter wereld." – Jurriaan Teulings, in: De Telegraaf (2011)
"Voor de bewoners van oorlogsgebied is het geweld er altijd op de achtergrond en kan het plotseling alomtegenwoordig zijn. Dat hoort erbij." – Leendert van der Valk, in: De Groene Amsterdammer (2005)