The word of 12 March 2014 was:

aan de beurt zijn

aan de beurt zijn (uitdrukking)
= to be one's turn

aan = at
de = the
beurt = turn
zijn = to be

The person is the subject in the Dutch expression, but the person's turn is the subject in the English phrasing: 'hij is aan de beurt' means 'it is his turn'.

"In zijn rij stonden altijd vier of vijf mensen te wachten, terwijl je bij de andere kassa's zo aan de beurt was." – Alma Mathijsen, in: Het Parool (2013)

"En toen was ik aan de beurt om een dier mee naar school te nemen." – Wim Hofman, in: De Gids (1998)