The word of 30 November 2013 was:
struinen
strui·nen (struinde, gestruind) (werkwoord)
= to rummage, to roam
"Met de vele toeristen die er jaarlijks door de binnenstad struinen is Amsterdam inmiddels uitgegroeid tot een waar walhalla voor steigerreclame." – in: Het Parool (2011)
"Wie bijvoorbeeld recent op internet heeft gestruind op zoek naar een nieuw pak zal meer reclames over herenkleding krijgen." – J. Jonker, in: Spits (2012)