The word of 6 May 2013 was:

benauwd

be·nauwd (bijvoeglijk naamwoord)
= short of breath
= stuffy, sultry, oppressed

benauwen = to oppress
benauwdheid = shortness of breath
nauw = narrow, tight

"Dennis Andreas (16) heeft een ernstige vorm van astma. Net als zijn vader, zijn moeder en zijn broertje. De familieleden zijn zo'n beetje allergisch voor alles wat maar mogelijk is, hebben het regelmatig benauwd, zo benauwd dat het voelt of hun keel dichtslibt." – in: Trouw (1997)

"De chauffeur beleefde benauwde momenten toen hij zijn vrachtwagen door gladheid niet op tijd van het spoor kreeg." – in: De Telegraaf (2010)

"De temperatuur ligt vrijdag nog wel tussen de 25 en 30 graden, maar de atmosfeer wordt behoorlijk vochtig. Het wordt klam en benauwd en de kans op bewolking is groot." – Sanne Riepema, in: de Volkskrant (2012)