The word of 19 February 2013 was:
makelij
(de) ma·ke·lij (zelfstandig naamwoord)
= making
maken = to make
"In het beursgebouw in Jakarta ontplofte een zware autobom, die vijftien mensen het leven kostte. De aanslag was professioneel uitgevoerd, met explosieven van militaire makelij." – Wilma Kieskamp, in: Trouw (2000)
"Weer is de Nobelprijs aan de neus van onze Nederlandse schrijvers voorbijgegaan, maar gelukkig hebben wij nog altijd de prijzen van eigen makelij: de Libris-prijs en Ako-prijs." – Max Pam, in: De Groene Amsterdammer (2001)