The word of 13 July 2012 was:
tureluurs
tu·re·luurs (bijvoeglijk naamwoord)
= wild, mad
Despite its meaning, the adjective 'tureluurs' has a mild connotation. The noun 'tureluur' means 'redshank', which is a kind of bird.
"Het kabinet heeft minder regels beloofd, maar uit angst voor schandalen en rampen komen er juist steeds meer bij. Burgers en organisaties worden er tureluurs van." – Miek Smilde, in: Trouw (2005)
"Brazilië heeft historie geschreven met voetbal waarvan de tegenstanders tureluurs werden en waarbij het publiek kon lachen, met de beste voetballers aller tijden, met legendarische clubs en met het drievoudige wereldkampioenschap (1958, 1962, 1970) van het nationale elftal, naar hun gele shirts de 'kanaries' genoemd. En evenzeer met de drama's van niet-gehaalde wereldkampioenschappen in 1950, 1966 en 1982." – Roel Janssen, in: NRC Handelsblad (1994)