The word of 24 January 2010 was:
ooievaar
(de) oo·ie·vaar (zelfstandig naamwoord)
= stork
Foto: link
"Ooit was de ooievaar zo'n alledaagse verschijning op het platteland dat hij afgebeeld staat op een vroeger overbekende schoolplaat met weidevogels bij de boerderij. Vooral in het Hollandse veenweidegebied waren honderden nesten. In de jaren dertig kwam de klad in het ooievaarsbestand. Het scheelde weinig of de ooievaar was in Nederland uitgestorven. Het gaat nu weer goed, dankzij een dikwijls omstreden kweekproject." – Henk van Halm, in: Trouw (1997)
"Door de slechte economische tijden kruipen de Britten dichter tegen elkaar aan. De ooievaar maakt overuren. 'Wat is er goedkoper en leuker dan Baby's maken?'" – in: De Telegraaf (2008)