- – überhaupt (23-10-2009)
- – uier (25-8-2012)
- – uit de eerste hand (4-3-2020)
- – uit de grond stampen (16-9-2020)
- – uit de grond van mijn hart (11-6-2025)
- – uit de hoek komen (30-7-2014)
- – uit de klauwen lopen (25-3-2015)
- – uit de kluiten gewassen (9-4-2014)
- – uit de kunst (3-7-2024)
- – uit de losse pols (15-11-2023)
- – uit de lucht gegrepen (6-5-2020)
- – uit de mouw schudden (15-8-2012)
- – uit de oude doos (13-7-2016)
- – uit de school klappen (12-2-2014)
- – uit de slinger liggen (8-5-2024)
- – uit de verf komen (28-3-2012)
- – uit de voeten kunnen (9-8-2010)
- – uit den boze (15-10-2014)
- – uit het hoofd kennen (14-11-2018)
- – uit je doppen kijken (24-10-2012)
- – uit zijn neus eten (27-7-2011)
- – uit zijn verband rukken (2-11-2022)
- – uit zijn verband trekken (10-11-2021)
- – uitbesteden (4-6-2018)
- – uitblinken (8-12-2024)
- – uitbotten (7-5-2013)
- – uitbreiden (17-4-2015)
- – uitbroeden (7-7-2016)
- – uitbuiken (18-10-2011)
- – uitbuiten (17-3-2019)
- – uitbuiting (23-9-2019)
- – uitbundig (2-2-2018)
- – uitdagen (13-1-2017)
- – uitdaging (17-12-2019)
- – uitdijen (28-5-2013)
- – uitdokteren (18-5-2010)
- – uitdossen (2-7-2011)
- – uitdragen (30-11-2014)
- – uitdragerij (19-7-2013)
- – uitdrukken (14-11-2016)
- – uiteinde (31-12-2023)
- – uitentreuren (4-4-2010)
- – uiteraard (2-12-2009)
- – uiterlijk (18-9-2014)
- – uitermate (15-10-2019)
- – uiterst (10-7-2020)
- – uiterwaarde (2-10-2021)
- – uitfluiten (29-3-2011)
- – uitfoeteren (13-1-2015)
- – uitgeblazen (20-10-2017)
- – uitgebreid (6-8-2013)
- – uitgekiend (1-4-2014)
- – uitgelaten (23-6-2023)
- – uitgeput (25-11-2018)
- – uitgeslapen (16-5-2023)
- – uitgeteld (23-2-2018)
- – uitgummen (11-3-2017)
- – uitje (8-11-2015)
- – uitjouwen (16-8-2014)
- – uitkramen (23-6-2013)
- – uitlaat (30-10-2023)
- – uitlachen (27-6-2016)
- – uitlaten (26-9-2023)
- – uitlokken (19-3-2018)
- – uitlopen (12-6-2020)
- – uitloper (24-3-2017)
- – uitlubberen (5-12-2014)
- – uitmaken (28-5-2012)
- – uitmelken (6-9-2014)
- – uitmergelen (31-1-2013)
- – uitpluizen (3-2-2011)
- – uitpuilen (4-5-2012)
- – uitputten (25-5-2013)
- – uitputting (29-8-2019)
- – uitrafelen (5-7-2011)
- – uitroeien (2-9-2012)
- – uitroeiing (9-11-2017)
- – uitroepteken (24-1-2023)
- – uitrukken (10-7-2017)
- – uitschelden (6-5-2014)
- – uitschot (11-10-2013)
- – uitslag (5-3-2013)
- – uitslapen (20-6-2014)
- – uitsloven (27-9-2010)
- – uitslover (3-10-2014)
- – uitsluiten (30-8-2019)
- – uitsluitend (18-10-2014)
- – uitsluitsel (30-3-2015)
- – uitspatting (31-10-2021)
- – uitspoken (15-9-2010)
- – uitsterven (24-5-2024)
- – uitstulping (7-9-2015)
- – uitvaart (7-12-2023)
- – uitverkoren (29-7-2022)
- – uitvoerbaar (4-2-2010)
- – uitvoeren (16-6-2018)
- – uitvoerig (2-11-2020)
- – uitvogelen (20-6-2010)
- – uitwaaien (10-3-2014)
- – uitwas (12-12-2015)
- – uitwerpsel (17-7-2017)
- – uitwijken (16-1-2022)
- – uitwonen (21-7-2013)
- – uitzendbureau (15-6-2010)
- – uitzonderingspositie (4-11-2017)
- – uitzonderlijk (3-5-2019)
- – uitzwaaien (3-9-2016)
- – uitzwenken (2-4-2019)
- – updaten (9-7-2010)
- – uploaden (11-11-2009)
- – urinoir (7-12-2017)