- – à l'improviste (20-7-2016)
- – a.d.h.v. (26-9-2016)
- – a.u.b. (29-4-2017)
- – aalbes (22-7-2017)
- – aalscholver (11-5-2017)
- – aan bod komen (7-9-2016)
- – aan de bak komen (12-3-2025)
- – aan de bak moeten (7-12-2016)
- – aan de beterende hand zijn (8-8-2012)
- – aan de beurt komen (14-9-2022)
- – aan de beurt zijn (12-3-2014)
- – aan de drank zijn (15-6-2022)
- – aan de dunne zijn (1-5-2013)
- – aan de gang zijn (20-11-2019)
- – aan de grote klok hangen (26-8-2015)
- – aan de haak slaan (26-3-2011)
- – aan de hand van (4-7-2018)
- – aan de hand zijn (26-12-2012)
- – aan de kaak stellen (15-3-2023)
- – aan de kant schuiven (18-8-2021)
- – aan de lijn doen (6-5-2015)
- – aan de lopende band (25-9-2019)
- – aan de man brengen (23-11-2022)
- – aan de orde komen (23-7-2025)
- – aan de orde stellen (16-12-2020)
- – aan de orde zijn (21-6-2023)
- – aan de pil zijn (28-3-2018)
- – aan de praat krijgen (8-12-2021)
- – aan de praat raken (7-2-2024)
- – aan de prijs zijn (4-10-2023)
- – aan de slag gaan (5-12-2012)
- – aan de tand voelen (11-3-2020)
- – aan den lijve ondervinden (11-1-2017)
- – aan diggelen vallen (12-9-2012)
- – aan het eind van zijn Latijn zijn (9-2-2022)
- – aan het hart gaan (6-3-2024)
- – aan het kortste eind trekken (17-5-2023)
- – aan het lijntje houden (24-2-2016)
- – aan kant maken (31-7-2019)
- – aan zet zijn (7-9-2022)
- – aan zijn lot overlaten (3-5-2023)
- – aan zijn trekken komen (13-1-2016)
- – aanbesteden (6-12-2020)
- – aanbesteding (17-8-2018)
- – aanbetalen (18-10-2024)
- – aanbetaling (18-4-2024)
- – aanbevelen (24-12-2022)
- – aanbeveling (2-7-2023)
- – aanbieden (26-8-2024)
- – aanbranden (28-2-2023)
- – aanbreken (1-1-2012)
- – aandachtig (2-12-2013)
- – aandachttrekker (3-10-2024)
- – aandachttrekkerij (15-10-2023)
- – aandachtzoeker (4-7-2023)
- – aandoen (20-6-2020)
- – aandoening (26-1-2017)
- – aandoenlijk (4-5-2011)
- – aandrang (7-5-2020)
- – aandringen (23-5-2021)
- – aaneenschrijven (24-6-2016)
- – aangeboren (20-4-2025)
- – aangedaan (6-2-2022)
- – aangeschoten (19-11-2012)
- – aangeslagen (8-6-2018)
- – aangetekend versturen (18-9-2019)
- – aangetrouwd (31-5-2019)
- – aangezien (28-7-2025)
- – aangifte (6-10-2018)
- – aanhaken (4-7-2022)
- – aanhang (13-9-2015)
- – aanhanger (28-5-2022)
- – aanhankelijk (5-7-2010)
- – aanhouding (31-3-2025)
- – aankaarten (24-3-2019)
- – aanklacht (9-11-2019)
- – aanklagen (27-8-2018)
- – aanklooien (18-3-2016)
- – aanknopen (23-1-2016)
- – aanknopingspunt (16-3-2023)
- – aankoeken (15-12-2011)
- – aankomen (17-7-2014)
- – aankondigen (11-5-2015)
- – aanlengen (5-11-2018)
- – aanlijnen (13-9-2024)
- – aanlokkelijk (12-4-2016)
- – aanmatigend (26-12-2014)
- – aanmeren (11-1-2024)
- – aanmoedigen (15-4-2010)
- – aanmoediging (8-6-2023)
- – aannemer (26-3-2017)
- – aanpassen (31-1-2023)
- – aanpoten (25-4-2015)
- – aanprijzen (7-12-2014)
- – aanraden (17-1-2010)
- – aanranden (24-1-2011)
- – aanranding (28-2-2019)
- – aanrecht (10-10-2011)
- – aanrechtblad (25-1-2025)
- – aanreiken (21-10-2013)
- – aanrommelen (16-10-2020)
- – aanslaan (7-11-2017)
- – aanslag (10-6-2019)
- – aanspannen (8-9-2023)
- – aanspoelen (30-12-2022)
- – aanspraak maken op (8-3-2023)
- – aansprakelijk (24-12-2016)
- – aansprakelijkheid (9-4-2018)
- – aansprakelijkheidsverzekering (11-6-2018)
- – aanstalten maken (24-10-2018)
- – aansteeklont (31-12-2018)
- – aanstekelijk (9-10-2023)
- – aansteken (13-3-2021)
- – aanstellen (8-7-2014)
- – aansteller (12-10-2015)
- – aanstellerij (9-4-2022)
- – aanstelleritis (5-5-2016)
- – aanstootgevend (10-3-2024)
- – aanstoten (13-4-2024)
- – aantasten (14-1-2014)
- – aantekenen (19-11-2022)
- – aantekening (26-1-2024)
- – aantijging (3-6-2019)
- – aantrekkelijk (26-7-2024)
- – aantrekken (23-6-2024)
- – aanvankelijk (25-1-2016)
- – aanvaring (27-6-2019)
- – aanverwant (25-7-2011)
- – aanvinken (17-11-2023)
- – aanvoerder (12-7-2021)
- – aanvoeren (27-8-2022)
- – aanwennen (3-10-2021)
- – aanwezig (4-11-2022)
- – aanzien (9-2-2023)
- – aanzienlijk (7-5-2021)
- – aanzwengelen (9-4-2013)
- – aardappelpuree (9-12-2024)
- – aardappelschilmesje (23-11-2023)
- – aardbei (8-12-2014)
- – aardbeienjam (12-8-2017)
- – aarden (22-2-2025)
- – aarzelen (16-12-2009)
- – aas (9-2-2021)
- – aaseter (25-8-2020)
- – ABN (3-1-2014)
- – abonnee (6-5-2010)
- – abonnement (24-12-2017)
- – abonneren (20-8-2017)
- – acht slaan op (10-4-2019)
- – achteloos (27-11-2017)
- – achten (24-9-2022)
- – achter de broek zitten (27-3-2019)
- – achter de hand houden (22-6-2022)
- – achter de rug hebben (26-10-2011)
- – achter het net vissen (30-10-2019)
- – achteraf (27-10-2013)
- – achterbaks (4-7-2017)
- – achterban (18-6-2010)
- – achterdocht (3-7-2018)
- – achterdochtig (6-11-2015)
- – achterhaald (31-3-2023)
- – achterhalen (8-11-2022)
- – achterkleindochter (5-8-2018)
- – achterkleinkind (1-7-2019)
- – achterkleinzoon (16-8-2020)
- – achterlijk (15-6-2012)
- – achterneef (3-12-2015)
- – achternicht (11-7-2013)
- – achterstallig (11-4-2014)
- – achtersteven (12-9-2022)
- – achterstevoren (22-2-2010)
- – achterwege (1-7-2010)
- – ad rem (28-6-2023)
- – adelaar (28-12-2020)
- – adje (21-12-2014)
- – af en toe (17-11-2010)
- – afbakenen (30-9-2013)
- – afbeelden (8-10-2022)
- – afbeulen (28-9-2012)
- – afblazen (26-6-2014)
- – afbranden (28-12-2024)
- – afbrokkelen (20-1-2025)
- – afdak (25-6-2022)
- – afdingen (24-3-2023)
- – afdreigen (18-9-2022)
- – afdreiging (14-7-2020)
- – afdruiprek (24-1-2017)
- – afdwingen (4-9-2018)
- – afgelasten (1-4-2016)
- – afgeven (16-6-2013)
- – afgieten (16-9-2018)
- – afgifte (1-2-2025)
- – afgunst (18-1-2024)
- – afhaken (8-4-2022)
- – afhandelen (25-4-2023)
- – afhankelijk (21-3-2023)
- – afkalven (23-5-2016)
- – afkappen (11-2-2023)
- – afkeuren (27-1-2024)
- – afkeurenswaardig (23-12-2023)
- – afkicken (8-9-2020)
- – afkickverschijnsel (2-3-2024)
- – afkijken (18-4-2022)
- – afkluiven (20-1-2015)
- – afknappen (20-8-2016)
- – afknapper (21-5-2011)
- – afknijpen (11-3-2019)
- – afkorten (17-4-2023)
- – afkorting (23-12-2022)
- – afkraken (5-7-2021)
- – afkukelen (20-1-2020)
- – aflebberen (5-6-2015)
- – afleiden (6-5-2022)
- – afleren (7-6-2022)
- – afloop (11-9-2014)
- – aflopen (8-1-2023)
- – afluisteren (19-3-2023)
- – afmaken (11-8-2024)
- – afmatten (16-9-2013)
- – afmeten (22-1-2023)
- – afpeigeren (4-10-2010)
- – afpersen (12-4-2020)
- – afpersing (6-2-2021)
- – afprijzen (19-5-2023)
- – afraffelen (20-9-2014)
- – afreageren (28-7-2014)
- – africhten (26-7-2025)
- – afschepen (12-6-2016)
- – afschermen (13-8-2021)
- – afschrikken (28-5-2023)
- – afschuiven (8-10-2019)
- – afschuwelijk (23-1-2017)
- – afsteken (31-12-2013)
- – afstevenen (20-3-2017)
- – afstotelijk (19-3-2024)
- – afstoten (21-5-2024)
- – afstudeerstage (29-1-2022)
- – afstuderen (19-8-2022)
- – aftakelen (19-4-2013)
- – aftands (9-2-2013)
- – aftasten (5-5-2019)
- – aftrekken (22-8-2013)
- – aftroggelen (27-5-2011)
- – aftuigen (26-11-2018)
- – afvallen (31-3-2015)
- – afvallig (16-6-2011)
- – afvinken (12-12-2009)
- – afvragen (22-11-2021)
- – afwachten (7-7-2025)
- – afwas (8-4-2014)
- – afwasmiddel (13-12-2020)
- – afwassen (26-10-2009)
- – afweer (30-10-2021)
- – afweerreactie (20-2-2021)
- – afweersysteem (29-6-2020)
- – afweren (31-7-2020)
- – afwezig (23-9-2022)
- – afwimpelen (13-12-2014)
- – afz. (10-5-2016)
- – afzeiken (2-9-2011)
- – afzetmarkt (4-9-2025)
- – afzetten (16-12-2013)
- – afzetter (24-6-2013)
- – afzichtelijk (3-11-2018)
- – afzien (17-3-2014)
- – afzonderen (28-11-2010)
- – afzonderlijk (26-10-2020)
- – aio (19-7-2015)
- – AIVD (14-1-2025)
- – ajuus (29-10-2010)
- – akelig (24-4-2010)
- – akkefietje (19-6-2017)
- – al dan niet (2-4-2014)
- – al met al (27-12-2017)
- – al naar gelang (26-9-2012)
- – aldaar (26-10-2010)
- – aldoor (4-10-2012)
- – alhoewel (22-8-2025)
- – allebei (20-11-2009)
- – alledaags (29-3-2010)
- – alleenheerschappij (18-3-2025)
- – allememachies (20-7-2013)
- – allengs (10-12-2009)
- – allerbelabberdst (15-5-2015)
- – allerhande (13-11-2011)
- – allerlei (12-1-2012)
- – allerleukst (26-4-2024)
- – allermeest (29-1-2024)
- – alles kits (4-1-2010)
- – allesbehalve (29-8-2021)
- – alleszins (10-8-2014)
- – allicht (11-12-2010)
- – allochtoon (2-2-2010)
- – alom (26-8-2019)
- – alomtegenwoordig (21-3-2015)
- – als de wiedeweerga (5-4-2010)
- – als een donderslag bij heldere hemel (21-8-2024)
- – als een kip zonder kop (16-6-2010)
- – als het puntje bij het paaltje komt (20-11-2013)
- – als je begrijpt wat ik bedoel (15-2-2010)
- – als vanouds (5-11-2014)
- – alsnog (7-4-2013)
- – alsof er een engeltje op je tong piest (23-11-2011)
- – althans (3-11-2009)
- – alvast (2-8-2012)
- – alvorens (21-3-2014)
- – amai (21-4-2017)
- – amandel (13-7-2015)
- – ambacht (13-4-2020)
- – ambachtelijk (29-11-2019)
- – ambt (5-8-2025)
- – ambtenaar (4-3-2025)
- – ammehoela (24-9-2010)
- – amper (17-2-2010)
- – amsterdammertje (19-8-2013)
- – an sich (12-2-2020)
- – ananas (19-7-2010)
- – anderhalf (20-4-2018)
- – anderhalve man en een paardenkop (23-10-2013)
- – andermans (8-4-2012)
- – andersom (18-9-2010)
- – anderszins (30-7-2011)
- – anderzijds (17-11-2020)
- – andijvie (28-3-2024)
- – andijviestamppot (4-6-2023)
- – angststoornis (24-4-2021)
- – animo (15-11-2013)
- – ansichtkaart (21-11-2024)
- – AOW (29-6-2021)
- – appelflap (30-12-2023)
- – appelleren (11-10-2014)
- – appelstroop (9-12-2021)
- – arceren (5-7-2024)
- – arend (14-6-2021)
- – argeloos (15-8-2016)
- – argwaan (4-2-2013)
- – argwanend (26-7-2010)
- – armetierig (6-3-2012)
- – armoedig (30-9-2012)
- – arts (31-5-2016)
- – atheneum (8-8-2016)
- – atten (19-1-2013)
- – attenderen (31-5-2025)
- – attent maken op (8-5-2019)
- – aubergine (28-1-2011)
- – augurk (11-1-2025)
- – autochtoon (3-2-2019)
- – automatische incasso (17-5-2017)
- – averechts (29-5-2010)
- – AVG (27-11-2023)
- – avondklok (29-11-2022)
- – azen (25-12-2020)
- – azijn (13-8-2013)
- – azijnpisser (23-4-2013)